Onze gastheer maakte een uitgebreid ontbijt klaar met warme broodjes en het gebruikelijke gekookt ei. Jan kreeg hem zelfs aan de praat. Hij is socioloog maar sinds dertig jaar werkzaam als graficus. Gasten ontvangen is een bijverdienste.
Het is helder weer en af en toe breekt een dun zonnetje door. We vertrekken tegen half tien, lopen de straat uit, steken het water over en zijn weer op het Pieterpad. Even langs het Noord Willemskanaal maar al snel wandelen we langs het Hoornse diep, de plaatselijke naam voor de Drentsche Aa. De Hoornse dijk kronkelt langs schilderachtige waterpartijen en bos met uitzicht op het Hoornse meer en het meer van Paterswolde. Gelukkig volgen we niet het advies van de Groningse cafébaas. Af en toe passeren we een kluitje huizen, ook een sluisje en een molen. De eerstvolgende brug over het kanaal steken we over en voor we goed en wel Haren binnen lopen worden we het weiland ingestuurd en wandelen daarna rakelings langs een mooie villawijk en verder aan de rand van Haren tot een mooi terras, Sassenhein, aan een plas. Een wetenswaardigheidje: het domein is vernoemd naar het echtpaar Saskia en Hein, die zich hard hebben gemaakt om de waterpartijen van de Wolddeelen te behouden. Ze zijn in hun opzet geslaagd en Hein heeft er een standbeeldje aan over gehouden. Bij zo'n plek hoort koffie.

We vervolgen onze weg over een brede zandweg en verlaten het stroomgebied van de Drentsche Aa voor de iets hoger gelegen Hondsrug. Als we even aarzelen en een roodwitje zoeken, worden we aangesproken door een heer die ons onmiddellijk op het goede pad naar Zuidlaren zet: de 'Hooge Heereweg'. Deze oude weg loopt van Groningen via Coevorden naar Münster en was eeuwenlang de grote doorgaande weg. We verlaten deze algauw voor de 'Oude Boerenweg' en worden via een steile trap naar een oude ijzeren brug geleid om het spoorwegemplacement van Glimmen over te steken. Dan wandelen we langs een paar boerderijen tot de asfaltweg overgaat in een smal schelpenpad dat ons weer het bos instuurt en verder langs een gebied met donkere vennen. Het voormalig militair terrein heet dan ook de 'appélbergen' en niet de appelbergen zoals ik eerst dacht. We zien nog sporen van tanks die ooit het gebied doorkruisten. Na het bos komen we weer in de bewoonde wereld met kleine villa's. Enkele honderden meter grote weg en we lopen via zandwegen door oud land. Weilanden met veel paarden, afgewisseld met akkers, omgeven door houtwallen. Bij enkele grote stenen, een pseudo hunebed picknicken we. Een vrouw die haar hond uitlaat, vertelt dat de zwerfkeien uit het naastgelegen veld komen dat nu ingezaaid gaat worden tot een bloemrijk weiland. Zo wandelen we verder langs het Noordlaarder bos tot we weer de velden ingaan en even van het pad afwijken naar de G1, het meest noordelijk gelegen hunebed. Het ligt in een bosje en wordt ontsierd door een felblauwe prullenbak; had wat discreter gekund! Terug op het P-pad wandelen we het dorpje Midlaren binnen. We missen de eerste Drentse hunebedden, wat Jan een laconiek 'er zijn er nog genoeg onderweg', ontlokt. Dan verlaten we de boomrijke omgeving voor een weg door het open veld waar we verrast worden door een regenbuitje dat ons vergezelt tot Zuidlaren. Tegen half vier bereiken we onze B en B bestemming. Helaas, geen bed in matrimonio. Wel hebben we wifi zodat Jan onze e-mails binnen haalt. Na het douchen sla ik een wasje. Hopelijk zijn onze spullen droog morgen vroeg!
Een wandeling naar de hoofd brink brengt ons langs vele eetgelegenheden, 25 in totaal. We belanden in 'De gouden leeuw', een dorpsrestaurant en gaan voor een drie gangen diner want we zijn hongerig. Het eten smaakt maar is niet bijzonder. Weer op honk lezen we nog wat en Jan ligt al snel op één oor. Ik neem nog wat muziek door in Anna Enquists 'Contrapunt'.

volgende pagina