Eerste etappe 14 juni 1013


Eerste etappe van Bad Bentheim naar Oldenzaal, vrijdag 14 juni 2013

Tegen negen uur zijn we startklaar en wandelen naar het slot dat over het stadje uitkijkt. Daar begint onze tocht. Het kasteel is gebouwd in Bentheimer zandsteen; het paleis op de Dam eveneens. Een melancholieke leeuw met de namen van de gesneuvelden uit de eerste wereldoorlog treurt aan de voet van het slot. Ook Bismark heeft er een standbeeld. Nog wat beelden in de straten herinneren aan de winning van zandsteen. Na een impressie van het oude stadsdeel gaan we het bos in. De weg is goed aangeduid met een witte T in een zwart veld - we hadden gisteren tevergeefs 'rood-witjes' gezocht. Het bos eindigt in een veldweg en we belanden op de Alter Postweg een paar honderd meters voorbij het huis van Janny en Henk. We wandelen over een asfaltweg naar Gildehaus. De weg loopt over de kam van een heuvel zodat we een prachtig uitzicht hebben over het coulissenlandschap zover het oog reikt. Gildehaus is een rustig dorp dat eindigt bij de Ostmühle, een opgeknapte molen en trekpleister voor daguitstapjes. Een paar honderd meter verder de Westmühle, een vervallen molen verscholen in het groen van het bos. We dalen af van de kam en herkennen de drankzaak van Jan Bitter van de vorige dag. We wandelen door een holle weg die overgaat in een zandweg en weer in asfalt. Rustige wegen tussen weilanden en maïsvelden en af en toe een boerderij. Dan door het Bentheimse bos terwijl de zon langzaam maar zeker doorbreekt. Even een boterhammetje op een bankje. Dan lopen we langs een groot zandwinningsbedrijf met hoge zandheuvels al dan niet begroeid met pioniersplanten en natuurlijk een enorme waterplas waar het zand gewonnen is.

Waar de zandweg in betonnen platen overgaat begint het Nederlands fietspad; de grens. De Dinkel vormt een natuurlijke grens. Naast de brug over de Dinkel een reuze verrekijker versteend tot kunstwerk. We picknicken naast de Snoeynckbeek waar alweer een kunstwerk in hout, met tekst en uitleg, de plek opsiert.

Langs onverharde wegen wandelen we verder door bos en landerijen. Leggen even aan bij het 'Loaboerke' die ambachtelijk ijs maakt dat we proeven. De Hamhorst is een in Noorse stijl herbouwde boerderij met een dak dat tot de grond reikt en begroeid is met vetplantjes. Zo bereiken we de eerste wijk van Oldenzaal. Met de watertoren in zicht zijn we er nog niet. Ons pad gaat eerst met een boog om de stad heen langs een paar landhuizen en een natuurgebiedje: de Boeskotten. Geen boerderij wordt overgeslagen; de marskramers gingen immers met hun waar bij elke boerderij aan; geen hoekje natuurschoon wordt ons ontzegd! Door mooie dreven en het bos van een landgoed lopen we door een oude villawijk richting de stad. Intussen aardig moe – we hebben 27 km. gelopen – drinken we een frisje op een tochtige 'Smulhoek' in het centrum.

Op ons gastadres (V.o.d.F.) wacht ons een gezellige ontvangst bij Nardie en Ben. We krijgen een mooie kamer in een riante flat. Na een babbel lopen we terug naar de Grote markt waar we aanschuiven bij de Griek. Het is gezellig druk op de vele terrassen. De groentenschotel smaakt goed. Zodra we ons bed ruiken vallen we in slaap.

volgende dag (2)