Na een onrustige nacht - wordt gewoonte als ik ga wandelen - wachten we niet op de wekker. Om half negen brengt Nick ons, gepakt en gezakt naar Breukelen. Met vijf minuten vertraging - gunstig voor de korting - vertrekt de trein naar Utrecht. Daar met ruim vijftien minuten vertraging en extra tussenstops naar Arnhem waar de sprinter naar Zutphen wacht. Het voordeel van een sprinter vind ik dat je ruimschoots de tijd hebt om te genieten van de omgeving; niet dat hij traag rijdt maar wel dat hij al remt als hij goed en wel op dreef is. Plots staan we midden in het veld stil. De conducteur snelt naar voren: 'We hoorden een klap. Eens kijken wat het is: een vogel, een zwaan of een mens?'. Het blijkt geen van drieën. 'Zelfs geen bloedspetters', meldt hij vrolijk. In Zutphen stappen we over naar een plaatselijk lijntje van Syntus, dat ons in één halte naar Vorden brengt. Bij hotel Bakker, een stijlvol etablissement van zekere leeftijd aan de melkkannetjes te zien, drinken we koffie. Dan op stap voor deel 2 van ons Pieterpad. We lopen naar het kasteel van Vorden. Eigenlijk één van de acht want Vorden heet niet voor niets: het kastelen dorp. Het kasteel schittert in het groen, met toren en slotgracht. We lopen er omheen, bewonderen de bijgebouwen en maken een praatje met een vrijwilliger van de tuinploeg. We missen het monumentje dat het echte begin is van deel 2. Als ik de kaart raadpleeg zijn we er al voorbij. Ik mopper tegen Jan waarom wij er niet langs kwamen met zijn gps. De gps is in ruste bij gebrek aan batterij. Als ik beter kijk op de kaart, zijn we op het verkeerde pad en volgen de 'roodwitjes' van het Trekvogelpad. Terug naar het kasteel. Hetzelfde euvel: twee LAW's kruisen elkaar en dat is niet goed aangegeven. Het monumentje zijn enkele voetstappen ingelijst in beton.

Langs een zichtlaan overkoepeld door majestueuze boomkruinen lopen we tot de 'Veengoot', een kronkelende beek met veel groen er omheen en erin. We wandelen afwisselend door bossen en een coulissen landschap. Weelderige houtwallen slingeren langs weilanden en maisvelden. Zo bereiken we het landgoed 't Zelle met bijhorend landhuis. Over de Zelledijk, een asfaltweg bereiken we Varsel, een groepje huizen en een golfbaan met alles erop en eraan. We slaan het bankje bij het parkeerterrein over op zoek naar een betere picknickplek. Bij de Hoenderkamp, een mooie boerderij aan de bosrand, geen bankje. Een half uur verder vinden we een half vermolmde boomstam en eten daar ons brood. Even later komen we weer in de bewoonde wereld, lees: landweggetjes tussen weilanden en velden. We krijgen zelfs recht van overpad op het domein van boerderij Hemink; overigens een mooi overpad. Daar zien we de kerktoren van Zelhem al. We worden het dorp binnengeleid langs de kerkhoflaan, de rustigste straat van Zelhem. Naast het grote kerkhof, het uitvaartcentrum, de grafhouwer en – o ironie – het bejaardencentrum. In de protestantse kerk is een tentoonstelling van foto´s met bijpassende haiku's. Heel sfeervol! Er is ook een meditatiehoekje waar je een kaarsje kan branden.
Op het plein drinken we een biertje en zoeken daarna ons logeeradres bij de fam. Grievink, een ouder echtpaar. Een vrijstaand huis omringd door een weelderige, goed onderhouden tuin. We krijgen elk een bed en beschikken vrij over een badkamer en toilet. Opgefrist wandelen we terug naar het centrum en eten bij 'de Smoks'. Het is er druk en de kaart is origineel. Jan eet 'keas in 't bleedje' en ik 'hete gruunte met wilde riest'. Na de koffie gaan we naar ons logement waar we – ik ben heel moe – om half tien al liggen te ronken.

volgende pagina